Vermaard filmmaker Jacques Tati mag dan wel niet meer in leven zijn, zijn bruisende oeuvre is dat zeer zeker wel! Alle zes klassieke speelfilms van Tati zijn digitaal gerestaureerd (DCP) en gedurende de speciale Tati-on-Tourreeks bij Concordia te zien, van 9 tot met 17 september.
Hoewel Jacques Tati (1907-1982) gedurende zijn leven slechts zes films maakte, wordt hij beschouwd als een van de belangrijkste naoorlogse filmmakers, auteur van een tijdloos oeuvre en bovenal een groot komiek. Hij was zowel regisseur, hoofdrolspeler, schrijver als producent van zijn films.
Zijn vroege werk heeft vooral veel slapstickelementen en is dan ook vaak met de films van Charles Chaplin vergeleken. Later werd de humor van Tati wranger en kreeg satire de overhand. Tati trok steevast de technologische vooruitgang in twijfel en had een scherp oog voor de absurditeiten van het moderne bestaan.
Zijn doorbraak komt in 1949 met Jour de fête, een satire op de technische vooruitgang. Vier jaar later introduceert hij in Les vacances de Monsieur Hulot zijn alter ego Monsieur Hulot, die een vaste verschijning zou worden in zijn films. In 1958 volgt Tati’s eerste kleurenfilm, Mon Oncle, waarmee hij een Oscar voor beste buitenlandse film wint. In 1964 starten de drie jaar durende opnamen van Playtime, waarvoor Tati een volledige studio liet bouwen, Tativille. Daarna maakt Tati nog twee films: het in Nederland opgenomen Trafic (1971) en Parade (1974).
Enige jaren voor zijn overlijden ontvangt Jacques Tati een César voor zijn volledige oeuvre. Zijn inventieve gebruik van geluid en visuele details is van invloed geweest op tal van filmmakers, zoals Paul Thomas Anderson en Alex van Warmerdam.
Films en lezingen
In samenwerking met Architectuurcentrum Twente worden bij Tati's Playtime en Mon Oncle inleidingen gegeven. Mon Oncle wordt ingeleid door binnenhuisarchitect Theo Franken, Playtime wordt ingeleid door architect Marko Matic. Beiden zijn werkzaam bij IAA Architecten.
Kaarten voor de films zijn te koop via www.concordia.nl.