Daan Zandbelt brengt met zijn plan “Circus Twente” veel in beweging. Letterlijk en ook figuurlijk. ‘Het is een groeiplan,’ zegt hij, en daarmee is het een impuls voor verdere discussies. Burgemeester Frans Backhuijs van Oldenzaal ziet een inspirerende, open discussie wel zitten: ‘Een cirkel heeft geen begin en geen eind en dat biedt gelijkwaardigheid voor alle betrokkenen.’

Op 20 januari 2011 presenteerde Daan Zandbelt zijn plan Circus Twente, het vierde plan in de reeks Netwerkstad Twente. Voor een zeer gevarieerd publiek (175 bezoekers) met daarin vele bestuurders, vakgenoten, bewoners en andere geïnteresseerden, vertelde Daan hoe hij vanuit feitelijke constateringen en observaties tot zijn opmerkelijke plan kwam. Circus Twente toont een rondweg binnen de driehoek Enschede, Hengelo en Oldenzaal. De rondweg biedt een snelle koppeling van Enschede aan de corridor die bestaat uit de rijksweg A1 en het spoor richting Berlijn. Tegelijkertijd scheidt de rondweg het onaantastbare binnengebied van het te ontwikkelen buitengebied met tal van verbindingsmogelijkheden voor de aanliggende steden, de UT en omliggende infrastructuren. Hoewel de reeks netwerkstadplannen die in opdracht van Architectuurcentrum Twente nu ontwikkeld zijn, alle vier concreet uit te voeren visies tonen, zijn ze vooral bedoeld om discussies los te maken. Het stevige debat na afloop van de presentatie toont aan dat Circus Twente daar bijzonder goed in is geslaagd.


Het vierde plan in een reeks

Circus Twente is het vierde ontwerp voor de Netwerkstad Twente. Daan Zandbelt treedt daarmee in de sporen van zijn illustere voorgangers. In 2001 maakte Rein Geurtsen een plan voor het gebied Twekkelo, in 2005 ontwierp Ton Schaap het plan 100 lanen voor het gebied tussen Borne, Bornerbroek en Almelo en Pieter Jannink presenteerde in 2009 zijn plan voor de nieuwe Cirkel van Jannink getiteld Hoogzit Hotel Hochsitz op de grens van Nederland met Duitsland bij Buurse. Het Architectuurcentrum Twente beoogt met deze onafhankelijke en vrij ontwikkelde planvormingen meningen, belangen en oordelen boven tafel te krijgen die moeten bijdragen aan een zo hoog mogelijke kwaliteit van de toekomstige invulling van de Netwerkstad Twente.

Circus Twente

Een loepzuivere cirkel als rondweg is het meest opvallende element van het plan Circus Twente. Die rondweg is geen snel bedachte markering van een al jaren lang bediscussieerd gebied in het hart van Twente. Daan Zandbelt komt tot deze even simpele als doordachte vorm na een studie over de Nederlandse netwerksteden. Als lakmoesproef voor een netwerkstad hanteert hij: er moet minstens een Bijenkorf, een universiteit, een belangrijke voetbalclub en een Ikea zijn. Twente doorstaat deze proef met glans. Maar ook de aanwezige infrastructuur in de regio zegt dat hier sprake is van een netwerkstad. Twente is eigenlijk een modelregio. Maar Zandbelt constateert vervolgens ook dat Enschede als grootste stad in Twente ‘er een beetje bij hangt’. Daarmee bedoelt hij dat Enschede niet ligt aan het kralensnoer dat de overige grote Twentse steden vormen en die de corridor van Amsterdam naar Berlijn markeren.
Ofschoon Daan Zandbelt thans in Rotterdam woont en daar samen met Rogier van den Berg in 2002 het ontwerpbureau Zandbelt&vandenBerg oprichtte, is hij geboren in de Kasbah en getogen in Hengelo. Hij kent het gebied dus en is goed op de hoogte van de talloze discussies omtrent het Vliegveld Twente. Zijn plan Circus Twente haakt daar op in: ‘Het vliegveld en de rust en ruimte daaromheen: ze horen bij elkaar, de een beschermt de ander. Ik zeg: benut de luwte én de dynamiek.’ Zandbelt stelt zich zelf daarbij als opgave om verder te kijken dan alleen maar de problematiek van een startbaan. Hij wil Enschede met de internationale corridor verbinden. Niet met een rechte lijn maar met een ring, een cirkel! Er zijn veel goede voorbeelden van dit verbindend principe. Het Engelse woord ‘circus’ verbeeldt het beste wat hier mogelijk is: een ring met een open middengebied waaromheen de drukte heerst. Ofschoon Aldo van Eijck al zei ‘Een cirkel is een mild vierkant’, ziet Zandbelt ook veel potentie in de zuivere cirkel. De cirkel biedt veel mogelijkheden om op verschillende momenten aan te takken. De cirkel is ook nog eens op een fraaie wijze complementair aan de bestaande rondweg om Enschede (de Esmarkerrondweg). Maar de ringweg is meer dan een weg alleen. Er ligt namelijk ook een driehoek omheen!

Over versnellen en vertragen

Een hanenkam, een strip en een aantal lolly’s. Dit zijn de drie typeringen van ontwikkelingen die volgens Zandbelt kunnen ontstaan langs de drie zijden van de driehoek die de rondweg omvatten. De hanenkam staat voor ‘Top Twente’ en zorgt voor de verschillende aantakkingen van onder meer de UT op de zijde tussen Enschede en Hengelo. De strip staat voor ‘Twente International’ en is de strook tussen Hengelo en Oldenzaal met ruimte voor bedrijfsontwikkelingen in een coulissen landschap, aansluitingen op de A1 en een station aan het spoor, tevens terminal voor Vliegveld Twente. En tenslotte ‘Gezond Twente’ met een aantal lolly’s, ofwel gebouwenclusters in het bos die de derde zijde kenmerken tussen Oldenzaal en Enschede. Hier is in de luwte van de twee actieve andere zijden ruimte voor zorg, ontspanning en recreatie. In het hart van de cirkel heerst ruimte voor vertragen op de hei, in het moeras of op de verstilde es of voor actief wild zijn met jagen, paardrijden, motorcross of onderzoek door de UT. En natuurlijk het vliegveld met een terminal, gecombineerd met treinstation. De cirkel zelf bestaat uit verschillende segmenten die het vertraagde middengebied afscheiden van het versnelde buitengebied daar omheen. Er is één doorbraak: de oversteek van de landingsbaan, voor deze keer voorzien van slagbomen voor het verkeer op de ring. Een ring die de UT wellicht nog kan gebruiken voor een ondergrondse echo, te gebruiken als variant op de onderzoekstube van CERN op de grens van Zwitserland en Frankrijk. Circus Twente. Je kunt het volgens Daan Zandbelt een leuk of een stom plan vinden.

Bart Brands reageert

Na de pauze kreeg Bart Brands de gelegenheid om als eerste te reageren op het plan Circus Twente. Bart is als vijfde ontwerper door Architectuurcentrum Twente uitgenodigd om een volgend plan in de reeks Netwerkstadplannen te gaan ontwikkelen. En het is inmiddels een goede gewoonte geworden dat de opvolger bij de aflossing het stokje overneemt en dan als eerste reageert op zijn voorganger. Bart is van oorsprong net als Daan Zandbelt een Hengeloer. Hij leidt sinds 1997 samen met Sylvia Karres het bureau Karres en Brands landschapsarchitecten in Hilversum. Bart – hij heeft ‘iets’ met vliegvelden, dus hij voelt zich aangesproken door het plan van Daan – ziet in dat Circus Twente gebaseerd is op groei. En daarmee bedoelt hij net als Daan: geloof in ontwikkeling. Uit zijn jeugd weet Bart nog hoe hij met zijn ouders vanuit Hengelo altijd Enschede liet liggen en naar Gronau gingen om te winkelen. Het is dus nu goed dat Enschede er bij betrokken wordt en dan is de cirkel een mooi verbindend element. ‘Het is een groot gebaar dat gecombineerd wordt met een zorgvuldige aankleding. Dat is een mooie combinatie. De harde grens die Daan maakt houdt iets binnen en iets buiten maar het verbindt ook. Zo’n harde grens trekt overigens ook stedelijke ontwikkelingen aan!’ Brands vraagt zich wel heel praktisch af: ‘Hoe ga je dit maken, hoe organiseer je dat want je hebt hier met nogal wat eigenaren te maken.’ En hij vraagt zich af of de vrijheid die in het binnengebied wordt geboden in de praktijk toch niet veel regels zal gaan vragen. Met andere woorden: ‘Wie wordt hier de circusdirecteur?’   

Daan Zandbelt antwoordde direct: ‘Toen ik groei zei bedoelde ik ook een groeiplan. Dus niet alles tegelijk willen maken en ontwikkelen en misschien hoeft het plan ook helemaal niet afgemaakt te worden. En: een cirkel geeft een soort garantie voor vrijheid, een begrenzing waarachter alles mag. Overigens: ik solliciteer hierbij naar de functie van circusdirecteur!’

Debat

Het woord is nu aan de zaal waarvoor gespreksleider Rob Beerkens (hij was tot 1 januari 1011  voorzitter van de programmaraad van Architectuurcentrum Twente) nog even helder maakt dat het niet de bedoeling is om over de voor- en nadelen van Vliegveld Twente te spreken. Als eerste reageert Jeroen Hatenboer, wethouder Ruimtelijke Ordening in Enschede. ‘Veel elementen in het gebied zijn al aanwezig en de cirkel die alles verbindt een goed plan.’ Ook Ton Schaap, stadstedenbouwer van Enschede en ontwerper van Netwerkstad 2 is aanwezig:  ‘Het is een goed en inspirerend plan. Goed om zo integraal naar het gebied te kijken; dat gebeurt nu veel te versnipperd. Die cirkel is wel een beetje erg maar daar is misschien wel over te praten…. Sterk is dat de UT meerdere aantakkingen krijgt. Een cirkel is vaak erg defensief,maar hier ligt dat iets anders. Het is toch wel een goed punt maar waar je nog wel even verder mee moet gaan.’ Iemand die niet verder wil is Dick Feil, voorzitter van Stichting Lonnekerland. Afgezien van een enkel probleem dat goed is opgelost ziet Feil verder alleen maar problemen komen. Een cirkel die alle landgoederen doorsnijdt, waar geen greintje spontaniteit in zit en bovendien: Enschede heeft helemaal geen probleem dus wat is de noodzaak van dit plan?      
In het debat wordt duidelijk dat er in de zaal zowel DiP-ers als DiM-ers zitten (Denkers in Problemen en Denkers in Mogelijkheden). Bovendien doemt al sbnel het dilemma op van de tweeledigheid waarmee op dit plan gereageerd kan worden; een letterlijk en concreet uit te voeren plan (loopt die cirkel niet dwars door mijn achtertuin?) of een abstract idee van een plan dat vooral en eigenlijk uitsluitend de discussie wil losmaken. Zo is het vliegveld toch een terugkerend element dat vragen oproept; ook in dit plan. ‘Het vliegveld zal toch homhekt moeten worden’ en ‘hoe kun je spreken van een rustgebied als er 70 vluchten per dag gepland worden’.  Theo Korstanje, voorheen stadsplanner in Oldenzaal vraagt zich dan ook af of dit plan ook zonder vliegveld een goed plan is. Daan’s antwoord is duidelijk: ‘Ja.’
Wethouder RO van Oldenzaal Frits Rorink is complimenteus. Hij adviseert om goed naar de ideeën te kijken: ‘Er liggen in dit plan goeie kansen waarover je moet nadenken.’  Rob Beerkens vraagt Daan hoe streng je moet zijn in het vasthouden aan deze visie. Daan zegt: ‘Heel vast. Dit plan heeft wel tijd en ruimte nodig maar het geeft ook wel een kader. Er zit tussen het rood en het groen veel andere kleuren die in dit tussengebied goed passen.
Wie dit plan wellicht het meest op waarde weet in te schatten is Hans de Gruil. Hij is nu stedenbouwkundige bij het Drents plateau en was eerder hoofd stedenbouw in Hengelo en Emmen. De Gruil: ‘InTwente zijn we goed in het met de ruggen  naar elkaar toe staan. Dit plan, deze visie geeft de kans om de discussie op een ander schaalniveau aan te gaan.’ De Gruil roept bestuurders op om dit plan niet als een technisch plan te zien maar als een maatschappelijke en politieke visie. ‘Hoe gaan jullie daarmee om bestuurders?’ is zijn vraag. Daan beaamt dit: ‘Dit plan is een aanzet voor verdere discussie.’
Ook de burgemeester van Oldenzaal, Frans Backhuijs doet een positieve suggestie: ‘Dit plan is inspirerend. We moeten er samen over nadenken en over onze eigen grenzen heen kijken. Maar we hebben uiteraard ook onze eigen belangen. Vraag is dan ook: wat zit er voor ons in. De cirkel, zonder een begin en zonder eind biedt dan een mooie vorm van gelijkwaardigheid.’

Een kans

Sjoerd Cusveller, programmaleider van het programma Ruimte&Cultuur bij de provincie Overijssel vindt Daan Zandbelt een vakman die hij bijna geloofde, maar toch: ‘Zo’n grote ingreep als Circus Twente is, doe je alleen als er een ramp gebeurt is of als e te maken hebt met een dictator. Wat is nu eigenlijk de urgentie van dit plan?’ Daan reageert allert: ‘Het is géén duur plan, je hebt het uiteindelijk over 14 km nieuwe weg aanleggen. Noodzaak? Die is er niet want er is geen probleem; er is wel een kans! Niemand zal ooit zomaar uit het niets om iets nieuws vragen. Het nieuwe is immers onbekend, Maar er wordt wel altijd de vraag om iets bestaands beter te maken. Dit plan is wel nieuw! Het is een plan waarin je moet investeren.’

Afsluitend concludeert Rob Beerkens; ‘Dit is de taak die het Architectuurcentrum Twente zich voortdurend stelt: zoek de kansen en leg die bloot.’
Tot slot de vraag aan Bart Brands: ‘Heb je al een idee waar jouw Netwerkstad 5 over zal gaan?’   
Het antwoord zullen we voorlopig niet weten. Bart opteert voor kansen. Maar ja die ziet natuurlijk iedereen. ‘ Misschien moet ik eens niet kijken naar groei.’ Luidt het intrigerende antwoord.