Voor de vijfde keer gaf Architectuurcentrum Twente het podium aan jonge ontwerpers waarop zij hun visie en projecten konden presenteren. Wat vijf jaar geleden begon als avond alleen voor architecten, is nu uitgegroeid tot een avond waarop ook fotografen, landschapontwerpers en zelfs creatief strategen zichzelf kunnen laten zien. Ruim 100 belangstellenden vulden de zaal, die zich bevond op de hoogste etage van het kantoor van woningcorporatie de Woonplaats in Enschede. Binnen 10 minuten moest elke ontwerper zijn verhaal vertellen, wat nog best lastig bleek te zijn, gezien de soms geschrokken gezichten na het rinkelen van de kookwekker. Maar voordat de zeven ontwerpers (er was een afmelding) van start gingen, werd er eerst uitleg gegeven over de totstandkoming van het gebouw waarin deze avond werd gehouden.
Andy Pasman (medewerker inkoop en facilitaire zaken) vertelt dat de Woonplaats, een innovatieve en vooruitstrevende organisatie, in 2004 op zoek was naar een nieuw kantoor op een locatie die goed bereikbaar was en waar alle medewerkers van de twee oude locaties gehuisvest konden worden. Dit resulteerde in de locatie aan de Zuiderval, waar dit gebouw in 2008 is geopend. De thema's die de Woonplaats meegaf voor het ontwerp door RAU architecten waren: duurzaamheid, transparantie en ontmoeten & bewegen. De duurzaamheid komt terug in het energielabel A, de opvallende lamellen aan de buitenkant van het gebouw die staan op stand van de zon en aan de led-verlichting buiten. De transparantie komt onder andere tot uiting in het open karakter van de woonwinkel en door het betrekken van de medewerkers tijdens het hele bouwproces. Het ontmoeten & bewegen is terug te vinden in de flexwerkplekken. Er zijn geen vaste kantoren en de medewerkers kunnen eten in de pantry's die zich op elke verdieping in het midden van de etage bevinden.
Architect Sander ter Harmsel mag als eerste ontwerper het spits afbijten. Hij vertelt over het plezier van het maken, dat bij hem al begon toen hij als klein kind zandkastelen bouwde. Waar overigens ook het minder plezierige al duidelijk werd: het moment dat een vloedgolf zijn zo mooi gebouwde kasteel in één klap wegspoelde. Sander haalt zijn plezier niet alleen uit wat voor hem het spannendste moment is, het realiseren van het ontwerp, maar hij haalt het ook uit het tekenen en het onderzoeken van de vraag achter de vraag van de opdrachtgever. Een van de opdrachten waar Sander ondermeer zijn plezier uithaalde was de opdracht die zijn eigen vrouw hem gaf: het ontwerpen van hun nieuwe woning aan de Lonnekerspoorlaan in Enschede. Het idee uit het stedenbouwkundige plan van Pi de Bruijn dat de Lonnekerspoorlaan bestaat uit grachtenpanden legde Sander al snel naast zich neer. Hun kavel was niet smal en er liep al helemaal geen gracht voor de deur. Hij concentreerde zich meer op structuur en materialen. Hij haalde zelfs plezier uit de discussies die hij met zijn vrouw voerde. Maar het grootste plezier is volgens hem toch wel het wonen in het huis.
Lasse Licht, industrieel ontwerper, presenteert zijn afstudeeropdracht DIFFERHS. De voluit geschreven naam is: Dutch Innovative Fast Flexible Emergency Relief Housing Solutions. Een naam die trouwens niet door hem zelf is bedacht, maar door André Dorée van de Universiteit Twente. De vraag is simpel: stel dat een groot deel van Nederland door klimaatverandering overstroomt. Hoe huisvest je al die 300.000 mensen die het hogerop zoeken in Twente? In eerste instantie denk je aan tenten, aldus Lasse. Daar hebben we er genoeg van. Maar het nadeel is dat ze niet goed houden in ons klimaat, de leefomstandigheden in een tent zijn niet bepaald optimaal en de mensen die er in verblijven participeren niet meer in de arbeidsmarkt. Een grote economische impact dus. Conclusie: er moeten goedkope woningen voor deze mensen komen. Lasse heeft een woning bedacht die 5000 euro kost, inclusief meubilair, waar zes personen in kunnen wonen. De woning heeft zonnepanelen en wateropvang en het dak is van aluminium voor de lichtweerkaatsing. Maar ook niet onbelangrijk; de woning kan op elke grond geplaatst worden door middel van een pin-fundering: een betonnen blok onder de woning met stalen pinnen die in elke grond vastgezet kunnen worden. Lasse sluit af met het feit dat er 32 miljoen daklozen zijn in de wereld. Dus laat de productie van de DIFFERHS-woningen maar starten.
Leontien Wiehink, landschapsontwerper bij VHP in Rotterdam, laat in haar presentatie een serie van ontwerpen van openbare ruimtes zien. Het ontwerp dat eruit springt is het kunstproject binnen de openbare ruimte in Almelo. Leontien zette de Koornmarkt tijdelijk 'onder water' door middel van spiegelingsarchitectuur. De strepen die ze trok op het plein met wegmarkeringen geven de weerspiegeling van de gebouwen weer.
Naast het ontwerpen van openbare ruimte volgt Leontien een opleiding tot goudsmid. Hierin neemt zij vaak architectuur en landschap als uitgangspunt. Een mooi voorbeeld is een ring dat een reliëf bevat van een landschap zoals je dat ziet vanuit een vogelkijkhut.
Fotograaf en grafisch ontwerper Tjeerd Derkink laat fotografie zien waar hij zijn passie in vindt. Als eerste het fotograferen van skateboarders. Boarders zijn net als ontwerpers ook creatievelingen; ze nemen de omgeving in hun op en reageren hierop met hun board. In het vastleggen staan bij Tjeerd niet alleen de boarders centraal, maar ook het landschap. Het landschap deelt de foto op in statische vlakken met daarin de boarder als dynamisch element. De tweede is muziekfotografie. Tjeerd legt het liefst rockbands vast. Hij houdt van de intensiteit en de emotie die de rockers uitdragen. Hij probeert de live-sfeer te vertalen naar beeld. En dat lukt. De beelden van Triggerfinger en K's Choice laten je ervaren alsof je zelf bij het concert bent. Soms is Tjeerd zelf ook verrast door de beelden die hij vastlegt. Een door het beeld lopende roadie blijkt juist een extra dimensie aan de foto te geven.
Nilgün Kinsiz (een Turkse naam, maar geboren en getogen Twentenaar) is als architect altijd analytisch en onderzoekend bezig. Ze vindt het belangrijk om zich zo goed mogelijk in de doelgroep te verdiepen. Zo heeft ze voor het ontwerp van een psychiatrische kliniek een dag meegelopen en zich laten opsluiten in een separeerkamer. Dit leidde tot het ontwerp van een meubelstuk dat op meerdere manieren gebruikt kan worden: om te zitten, hangen of liggen. Nilgün vindt het ook belangrijk om zich bezig te houden met het maatschappelijk aspect van haar werk. Ze is bestuurslid van BNA Kring Twente en heeft hierin de Top van Bischoff georganiseerd. Naast een prijsvraag voor architecten, bestond dit project ook uit een opdracht voor lokale basisschoolleerlingen. Deze moesten een droomhuis bouwen bovenop het pand van Bischoff op de markt in Hengelo. Nilgün heeft de afgelopen jaren mooie projecten gedaan, maar er ligt nog een rijke toekomst voor haar waarin ze droomt om een eigen droomhuis, museum en multiculturele wijk te ontwerpen en een eigen architectenbureau te beginnen.
De enige van de avond die ontwerpt zonder vorm is Jaap Fris. Hij is geen ontwerper die iets heeft met plaatjes en architectuur, maar hij is creatief strateeg bij bureau Blink. Hij legt uit waarom hij hier tussen de ontwerpers staat. Hij is namelijk ontwerper van merken. Ga altijd uit van de doelgroep, zegt Jaap. Door middel van een ijkpersoon breng je de doelgroep in kaart. Je omschrijft tot in detail wat die persoon doet op een dag, en welke interesses hij heeft. Daarna creëer je merkkarakters. Die geven het gedrag van de mens weer. Dan is het de kunst om een breinpositie te krijgen in het hoofd van je doelgroep. Dat doe je door de conversatie aan te gaan. Het aantal contactmomenten dat je nodig hebt om bij een nieuwe markt in het brein van de consument te komen is zeven keer. Maar bij een bestaande markt is dit wel 21 keer. 21 keer tegen iemand praten en hetzelfde zeggen is niet efficiënt, dus zet je verschillende media in en vertel je een verhaal om in het brein van die persoon te komen. Dat is in het kort wat Jaap doet. Hij bouwt merken.
Michel Holper, industrieel ontwerper bij Indes, vertelt niet zozeer over de producten die hij maakt, maar meer over zijn visie en waar hij zijn inspiratie vandaan haalt. Inspiratie haalt hij bijvoorbeeld uit de nieuwe oplossingen die mensen in het dagelijks leven bedenken uit een bestaand product. Hij laat verrassende voorbeelden zien, zoals een houten stok in het midden van een kinderfiets die de ouder kan vastgrijpen als het kind dreigt te vallen of af te wijken, en een afscheiding in het Aquadrome gemaakt van plastic kledinghangers. Zijn inspiratie komt ook van onverwacht mooie dingen, zoals de 'bomen' die ontstaan in een leeg gedronken glas met yogidrink. Denk daar eens over na, en je zal zelf ook van die mooie onverwachte oplossingen en momenten tegenkomen.
Door Inge Rensink