Er was eens
een jongen met wilde haren,
die boer wilde worden, maar cameraman werd
want dat was ook mooi en een camera is goedkoper dan een trekker.
Het werd dag en het werd nacht.
Hij filmde
auto in, auto uit,
series van haastig nieuws en scènes in studio’s vol stress.
De koe, de wei, de boerderij gleden - van a naar b - aan hem voorbij.
Het werd lente en het werd herfst.
Tot
er een vrouw naar binnen keek.
Zij had uitzicht en hij bleef.
De aarde plakte aan zijn laarzen.
Het werd zomer en het werd winter.
Zijn haren groeiden.
Het gras werd groener, de klaver geurde.
Hij zaaide, oogstte, maaide, hooide.
Zijn handen werden ruwer, zijn noabers milder.
Hier
het land, de mens, het dier, de seizoenen kennen.
Van kop tot kont. Van wieg tot graf.
Hier
in weer en wind, voor dag en dauw
Anna zien kalveren en kalf Gerrit
zien groeien, zien grazen, zien -
Nee.
Bij de slacht kijkt hij niet, maar hij weet
dat als je het vlees van zijn koeien eet,
dat het eerlijk en heerlijk is en
dat je proeft
dat er elke dag een boer was die zorgde
dat het goed was.
Het werd zomer en het werd zomer.
©oktober 2015 Regine Hilhorst /www.reginehilhorst.nl